Week 27 2 juli
Beste klanten, deze week zitten er tuinbonen van eigen land in alle pakketten. Wat opvalt als je een tuinbonenplant uit de grond trekt zijn de witte knolletjes aan de wortels. Tuinbonen (en sommige andere vlinderbloemigen) leven in symbiose met Rhizobium bacteriën en deze bacteriën veroorzaken de knolletjes aan de wortels.
Met de knolletjes is de plant in staat om stikstof uit de lucht te binden en op deze manier verrijken de planten de bodem met stikstof. Door de gewasresten op de composthoop te leggen, voeden ze volgend voorjaar weer het bodemleven wanneer de compost over het land wordt verspreid. Een effectieve cyclus.
Deze week in het pakket:
Fruit: appel Candine, kiwi. Voor klein druiven en sinaasappel, voor midden aalbessen en bananen.
Groente groot: tuinbonen, verse knoflook, waspeen, venkel en bloemkool.
Groente midden: tuinbonen, verse knoflook, waspeen, venkel en verse ui.
Groente klein: tuinbonen, verse knoflook, waspeen, biet en paprika.
Recepten van onze steeds weer creatieve Michiel
Geroosterde bloemkool met couscous en granaatappel, tuinboon en zonnebloempitten
1 bloemkool, 1 granaatappel, 50 gr zonnebloempitten, 200 gr couscous, 1 kg tuinboon,1 teentje verse knoflook, olijfolie, zout, rode chilipeper, citroen, 1/4 bosje bladpeterselie, peper, ½ tl groentebouillon, bosuitjes, 10 taggiasca olijven, 15 kappertjes
Zet de groentebouillon op en breng deze aan de kook, ondertussen doe je de couscous in een ruime saladekom waar je ook een passend deksel op kunt vinden. Neem wat zeste van de citroen en doe die bij de couscous in de kom, giet nu de hete groentebouillon op de couscous en beweeg de kom zodat de bouillon overal komt. Dek de kom af met de deksel en laat het geheel 10 tellen staan, daarna roer je met een vork door de couscous en dek je de couscous weer af met de deksel. Dit herhaal je tot de couscous gaar is, dat is ongeveer 3 keer. Daarna laat je de deksel van de kom en laat je de couscous rust koud worden, af en toe doorroeren zodat het geen grote klont wordt. Hak de olijven, knoflook, ¼ deel rode chilipeper en kappertjes fijn en vermeng ze met de couscous,
Neem nu de bloemkool en maak hiervan mooie fijne roosjes, leg ze op een ovenschaal en doe er wat olijfolie en zout overheen. Rooster de bloemkool mooi goudbruin in de oven op 160 graden Celsius 15 à 20 minuten lang.
Bak de zonnebloempitten in een laagje olie in een pan en bestrooi ze als ze bruin zijn met wat peper en zout. Als de zonnebloempitten zijn afgekoeld doe je ze bij de couscous. Tik de granaatappelpitten d.m.v. een lepel uit de schil in een kom met een hoge rand zodat niet al het vocht in de rondte spat en in je kleren komt of natuurlijk door de hele keuken zich verspreidt. Wanneer de couscous koud is, voeg je de granaatappel toe en vermeng je alles goed met elkaar, zodat alle smaken goed met elkaar gaan werken. Dop de tuinbonen en blancheer ze kort, dop de grote tuinbonen eventueel nog eens. Dit vanwege de bittere en harde schil, maar als je dat niet nodig vindt, is overslaan het devies. Voeg ook de geroosterde bloemkool toe als deze koud is, als laatste snij je de bosuitjes en de peterselie en maak je hiermee de couscous af. Vermeng alles nog een en maak het eventueel verder op smaak met wat peper, zout, citroensap en olijfolie. Het is lekker om wat brood en een feta erbij te serveren op een mooie zonnige dag.
Flensjes met sinaasappel en karamel
2 eieren, 250 ml melk, 30 g gesmolten boter plus 20 g boter voor het bakken, 100 g bloem, zout, 2 sinaasappels, 100 gr suiker, 20 gr boter, 20 cl grand marnier
Neem een beslagkom en een zeef en doe de eieren en de melk in de kom, voeg de gesmolten boter eraan toe en klop dit goed door elkaar. Voeg wat zout toe voor een lichte hartige toets in het beslag. Zeef de bloem boven de beslagkom en mix het geheel tot een glad en loperig beslag waarvan je dunne flensjes kunt bakken. Neem nu een koekenpan en laat die heet worden doe wat boter in de pan en laat hierin 1 pollepel van het beslag lopen, de truc is om het beslag zo snel mogelijk over de bodem van de pan te verdelen zodat je een dun flensje krijgt. Bak het flensje aan beide zijden goudgeel en laat de flensjes afkoelen op een bord. Je moet de flensjes niet te hard bakken maar het moet wel snel gebeuren dus het managen van de hitte van de pan is belangrijk.
Haal nu de zeste van de sinaasappel en pers daarna het sap uit de sinaasappel. Neem de koekenpan en bestrooi de bodem met suiker, laat de suiker lichtbruin worden en karameliseren. Dit is ook een trucje wat je moet oefenen om er een beetje gevoel voor te krijgen. Als de suiker mooi van kleur is, voeg je de boter en de zeste toe en laat je deze lekker bruisen in de pan. Karamel wordt gaandeweg donkerder, dit proces gaat gewoon door. Wat je niet moet doen is roeren in de pan want dan gaat je suiker klonteren en aan je lepel vastplakken. Je beweegt de pan en laat de karamel over de bodem van de pan lopen. Daarna blus je de saus af met het sinaasappelsap, laat het geheel een beetje inkoken en leg de in kwarten gevouwen flensjes in de pan, voeg op het laatst de grand marnier toe. Nu heb je de optie om te flamberen, alleen als je dat nog nooit hebt gedaan, zou ik daarvoor eerst even het volgende willen zeggen. Het is letterlijk spelen met vuur en dat is best heel erg leuk. Alleen moet je wel weten wat je doet, houdt een passend deksel bij de hand. Zorg dat je afzuigkap niet te laag hangt en schud niet met de pan want de karamelsaus is gloeiendheet en je verbrandt je zomaar. Je kunt ook de grand marnier met de saus even laten koken en dan heb je voor het eindresultaat hetzelfde. Alleen mis je dat drama van het gerecht. Serveer de flensjes vanuit de pan aan tafel en schep er een mooie hoeveelheid saus bij. Lekker is ook om er wat vanille-ijs of een mooie lik crème fraîche bij te serveren.